Maai mei niet

Als vogelvriend wil je de gezinsuitbreidingen die in hagen, heggen en vormbomen plaatsvinden, niet storen. Gun de nesten van merel, zanglijster, heggemus en andere haagbroeders dan ook alle rust en beschutting. Scheer de hagen en vormplanten waar vogels in broeden dus niet van april tot einde juni en pas als je zeker weet dat de jonge vogels zijn uitgevlogen. Lees meer over Maai mei niet.

Koester ruige plekjes

Een hoekje slechts af en toe gemaaid gazon evolueert traag maar gestaag richting bloemrijk plekje. De vogels zullen het graag bezoeken, want weten dat ze er insecten kunnen verschalken. Laat ook in de border of eventueel in een achterafhoekje van de tuin wat spontane (on)kruiden groeien. Het helpt de vogelrijkdom flink vooruit.

Hang een nestkast op

Met nestkasten help je heel wat vogels. Anders moeten ze op zoek naar een boom met veel gaten en holten, een opening tussen oude dakpannen of een gat in een spouwmuur. Zaken die in een stedelijke omgeving maar moeilijk te vinden zijn.

Voorzie water

Denk niet dat er altijd en overal wel een plas water te vinden is als drink- of badplaats voor tuinvogels. Vooral tijdens een lange droogteperiode, een hittegolf en ijskoude winterdagen is het vinden van water een probleem. Een schaaltje water maakt voor tuinvogels een wereld van verschil en kost jou niets. Zet je zo’n schaaltje op de grond, dan is het tegelijk ook nuttig voor andere tuindieren. Of zet het op de voedertafel of hang het in een boom.